Dit jaar stond de klimaattop in het teken van het vaststellen van een nieuw klimaatfinancieringsdoel en het herzien van het Enhanced Lima Work Programme on Gender (LWPG). Deze klimaattop vond plaats in een land waar vrouwenrechten en gendergelijkheid onder druk staan, zo laat een rapport van Amnesty International zien. En waar lokale activisten vaak onder onveilige omstandigheden hun werk verrichten, met gebrek aan (structurele) financiering en politieke erkenning.
Onze projectleider Eva Colombo reisde namens WO=MEN Dutch Gender Platform voor het eerst naar de klimaattop (COP29) af om de onderhandelingen met een feministische blik te volgen. Dit deed zij samen met vele leden - ActionAid, Both ENDS, CARE Nederland, FNV Mondiaal, Mercy Corps, Milieudefensie, New Women Connectors, Oxfam Novib, Simavi, en WECF Internationaal.
Resultaten en uitdagingen voor inclusief klimaatbeleid
Op de allereerste dag van de klimaattop trapte de Europese Unie, gesteund door enkele andere landen, hoopvol af middels een joint statement, waarin ze opriepen tot een ambitieuze uitkomst op gendergelijkheid deze top. Ook benadrukten ze dat deze COP zowel een financierings- als gender COP was. Helaas is het resultaat verreweg van ambitieus. Op de gender- en adaptatie onderhandelingen na, is het woord "gender” nauwelijks terug te vinden in de verschillende onderhandelingstracks en wordt in het besluit over het nieuwe klimaatfinancieringsdoel slechts 1 keer naar ‘vrouwen’ gerefereerd. Zorgwekkende ontwikkelingen die gepaard gaan met opkomende anti-rechtenbewegingen wereldwijd.
WO=MEN volgde nauwlettend de moeizame genderonderhandelingen over het Lima Work Programme on Gender (LWPG). Het resultaat? Een 10-jarig programma dat weliswaar aandringt op gender-gedifferentieerde data en een nieuwe Gender Action Plan (GAP) voor COP30 aankondigt, maar verder teleurstelt. Het besluit mist niet alleen ambitie, maar ook een cruciaal intersectioneel perspectief.
Daarnaast verliepen de onderhandelingen grimmig. De spanningen liepen hoog op tussen lidstaten in de onderhandelingszaal over de vraag wie op moest draaien voor het financieren van de implementatie van het Gender Actie Plan (GAP). Daarnaast hield de stevige pushback van verschillende landen op het gebruik van de termen mensenrechten, gender en intersectionaliteit, voortvarende onderhandelingen tegen. Zo wordt het belangrijke, en vaak onveilige, werk van vrouwelijke mensenrechtenverdedigers (WHRD’s) tot op heden na niet erkend. We vinden het onaanvaardbaar en zorgwekkend dat mensenrechten, die een kernonderdeel zijn van het juridisch bindende VN-kader, ter discussie worden gesteld - juist nu milieu-activisten te maken hebben met ongekende mensenrechtenschendingen.
"Feminists holding the line”
In deze context van pushback op mensenrechten en gendergelijkheid, is de rol van een sterk en kritisch maatschappelijk middenveld ondenkbaar op internationale fora zoals de klimaattop. Naast onze leden, werkten we ook nauw samen met de Women and Gender Constituency – een UNFCCC constituency van feministen die zich wereldwijd inzet voor genderrechtvaardige klimaatplannen. Zo bespraken we elke ochtend de ontwikkelingen met betrekking tot gender in de verschillende onderhandelingstracks en volgden we gezamenlijk de onderhandelingen. En organiseerden we - wanneer nodig- acties en schreven we gezamenlijke statements, om landen erop te wijzen dat klimaatbeleid alleen rechtvaardig en effectief is als alle stemmen worden meegenomen in de besluitvorming. Dat wil zeggen: inclusief de stemmen van vrouwen en meisjes in al hun diversiteit en andere gemarginaliseerde groepen, in het bijzonder uit het mondiale Zuiden.
WO=MEN sprak daarnaast tijdens een evenement over gender & klimaat, georganiseerd door de Nederlandse Ambassade in Azerbeidzjan en de feministische organisatie Gender Hub Azerbeidzjanover het belang van internationale samenwerking. Juist de toegang tot internationale fora zoals de klimaattop, zijn beperkt voor veel (vrouwenrechten) organisaties uit het mondiale Zuiden, en daarom is internationale steun van like-minded organisaties uit het mondiale Noorden vaakcruciaal. Dit verbetert niet alleen de toegang tot deze besluitvormingsprocessen, maar garandeert ook meer veiligheid voor mensenrechtenactivisten.
Een mooi voorbeeld hiervan is het gesprek dat WO=MEN organiseerde met Europarlementariër Ingeborg van der Laak en partners uit het mondiale Zuiden van onze leden WECF, Both ENDS, ActionAid Nederland en Mercy Corps. Verschillende vrouwenrechten- en milieuorganisaties uit Nepal, Mozambique, Kaapverdië en Kenia vertelden over hun werk en hoe zij bijdragen aan klimaatoplossingen die effectief en inclusief zijn.
Zo vertelde bijvoorbeeld de organisatie Love-the-Ocean uit Mozambique hoe zij op een community-based en holistisch wijze, door middel van onderzoek, educatie en het voeren van campagne bijdragen aan onder ander economische zelfredzaamheid van vrouwen en lange termijn klimaatbestendigheid. Deze concrete voorbeelden lieten duidelijk zien wat werkt in verschillende contexten als het gaat om het aanpakken van de klimaatcrisis, en wat juist niet.
De aanpak van de klimaat- en biodiversiteitscrisis vereist een geïntegreerde aanpak, waarbij gendergelijkheid centraal staat. Anders is een eerlijk, duurzaam en effectief klimaat- en biodiversiteitsbeleid onmogelijk. In aanloop van de COP30 die in Belém zal plaatsvinden, roepen wij dan ook lidstaten hun verantwoordelijkheid te nemen en zich sterk in te zetten voor meer ambitie richting het nieuwe Gender Actie Plan.
Vind hieronder de reflecties van onze leden over de uitkomst van COP29:
CARE Nederland: Teurstellende uitkomst cop29 onvoldoende financiering klimaatactie in kwetsbare landen
ActionAid Nederland: Uitkomst Klimaattop: rijke landen schuiven hun klimaatschuld op de armste landen
New Women Connectors: Reflection 1- Refugee Voices and Climate Justice: A Call for Inclusivity and Accountability