Deze bijeenkomst is in samenwerking met
Atria en
75inQ tot stand gekomen om in gesprek te gaan over de relatie tussen klimaatverandering en gender(on)gelijkheid in Nederland, ter voorbereiding op de 66e zitting van de
VN Commission on the Status of Women (CSW) die in 2022 in het teken zal staan van gendergelijkheid in de context van klimaatverandering, milieu en het tegengaan van rampen.
Zo’n 50 experts en geïnteresseerden zijn fysiek en online samengekomen om hun visie, kennis en inzichten vanuit verschillende invalshoeken te delen over dit onderwerp. Een enerverende middag met wetenschappers, vertegenwoordigers van NGO’s en overheden zorgde voor interessante discussies. In deze blog lees je de belangrijkste inzichten uit de bijeenkomst.
Het probleem
Klimaatverandering en gender(on)gelijkheid lijken voor de meeste mensen misschien twee verschillende onderwerpen zonder raakvlakken. Als je echter verder kijkt, ‘versterkt, vergroot en benadrukt klimaatverandering bestaande ongelijkheden’, aldus onderzoeker Mariëlle Feenstra. Zij deelde de eerste bevindingen van haar onderzoek (in opdracht van Atria) naar gender(on)gelijkheid en klimaatverandering. De kennis op internationaal niveau laat zien dat vrouwen, minderheden en gemarginaliseerde groepen de meeste lasten en risico’s dragen bij klimaatrampen. Zij hebben bijvoorbeeld minder toegang tot hulpmiddelen waardoor zij harder worden geraakt. Hoe het zit met de gender(on)gelijkheid in Nederland als het gaat om klimaatverandering, kwam aan de orde op de expertmeeting.
Allereerst is het slecht gesteld met de representatie van vrouwen op bestuurlijke en invloedrijke posities in de klimaatsector, waardoor zij minder toegang hebben tot financiering en beïnvloeding. Zo werd er bijvoorbeeld aangekaart dat er erg weinig vrouwelijke leiders aanwezig waren bij de
COP26. Ook is maar
26,8% van de nationale klimaat- of milieuministers in de EU vrouw. Veel van de aanwezigen deelden het belang van het horen van alle stemmen en perspectieven om een inclusief, rechtvaardig en gendersensitief klimaatbeleid te kunnen voeren.
Daarnaast lieten velen weten dat er meer kennis en data nodig zijn over de impact van klimaatverandering en klimaatbeleid op verschillende groepen in Nederland. Er is besproken dat stijgende energieprijzen vrouwen harder raken dan mannen, omdat zij gemiddeld vaker financieel afhankelijk zijn en vaker in een slecht geïsoleerde huurwoning wonen. Maar voor velen is nog niet duidelijk hoe het staat met de genderongelijkheid in andere klimaat-gerelateerde onderwerpen in Nederland, zoals waterbeheer, luchtkwaliteit en biodiversiteit.
De oplossingen
Ten eerste is tijdens de expertmeeting gepleit voor meer gendersensitief onderzoek naar de impact van klimaatverandering in Nederland, om op basis daarvan passende oplossingen aan te kunnen dragen. Meer kennis en gegevens over de verschillen in de impact op verschillende groepen, moet de leidraad worden voor klimaatbeleid.
Daarnaast is het belang van samenwerking tussen verschillende organisaties en bestuurlijke niveaus naar voren gekomen. Bijvoorbeeld samenwerkingen tussen vrouwenorganisaties en milieuorganisaties, en tussen betrokken ministeries en lokale overheden. Zo kan kennis uit verschillende invalshoeken samenkomen en elkaar versterken in een gezamenlijk doel: gendersensitief klimaatbeleid.
Er vond ook een discussie plaats over wie de verantwoordelijkheid draagt voor de klimaatcrisis. Dit laat immers zien wie voor de oplossing zou moeten zorgen. Vooral structurele verandering en de verantwoordelijkheid hierin van de overheid om alle stemmen en inzichten te betrekken, werden benadrukt. Ook is er een grote systeemverandering nodig waarbij er minder inzet is op economische groei, omdat economische groei en zorg voor het milieu moeilijk samengaan.
Individuele verantwoordelijkheid en gedragsverandering werden tevens aangestipt als belangrijke oplossingen. Wel met de kanttekening dat informatie en kennis beter moeten worden gedeeld. Ook zou de financiering en subsidies die duurzame keuzes mogelijk maken voor iedereen toegankelijk moeten zijn. Hierin speelt de overheid een centrale rol. Ook de media en rolmodellen kunnen van grote invloed zijn. Zij kunnen in hun berichten een duurzaam voorbeeld geven en klimaat-gerelateerde thema’s aankaarten.
Dit sluit aan bij de laatste oplossing: educatie en bewustwording. Wanneer een groot publiek kennis heeft van de gender-gerelateerde dimensies binnen klimaatproblematiek, zullen er ook meer mensen zich inzetten voor gendergelijkheid binnen klimaatbeleid.
Wat kan jij doen?
Om het onderwerp gender(on)gelijkheid en klimaatverandering onder de aandacht te brengen, hebben we iedereen nodig! Tijdens de meeting zijn er een paar goede tips gedeeld om in actie te komen:
Zo kunnen we allemaal bijdragen aan een inclusieve strijd tegen klimaatverandering.